- met de knoppen op de standaardsleutel of Care Key
- met het afneembare sleutelblad op de standaardsleutel
- met de sleutelloze functie1
- van binnenuit met de handgrepen en vergrendelknoppen
- met de Volvo Cars-app.
N.b.
Automatisch vergrendelen tijdens het rijden
De portieren en achterklep worden automatisch vergrendeld wanneer je begint te rijden, maar de portieren kunnen nog steeds van binnenuit worden geopend. In instellingen kun je selecteren welke portieren er kunnen worden ontgrendeld.
Je kunt ook de instellingen voor automatisch vergrendelen tijdens het rijden in- of uitschakelen.
Als je wilt voorkomen dat de achterportieren van binnenuit worden geopend, activeer je het kinderslot.
Als je sleutelloze vergrendeling gebruikt, moeten alle portieren gesloten zijn voordat de auto vergrendeld kan worden.
Als je de auto vergrendelt met je standaardsleutel, hoeft alleen het bestuurdersportier gesloten te worden. Zodra je de rest van de portieren en luiken sluit, geeft je auto aan dat hij vergrendeld is.
Indicaties voor vergrendeling
- De alarmlichten knipperen twee keer als de auto wordt vergrendeld. Je kunt meer feedbackreacties voor vergrendeling in de instellingen in- en uitschakelen.
- Vergrendelde portieren worden aangegeven met een klein lampje naast de vergrendelknoppen in de portierpanelen. Het lampje gaat uit als dat portier wordt geopend.
- De richtingaanwijzers van de voorportieren gaan branden als alle portieren vergrendeld zijn. De lampjes gaat uit als een van de portieren wordt geopend.